De arbeidsmarkt voor hbo’ers is in de praktijk sterk. Tegelijkertijd zijn in de media berichten verschenen over een recente prognose van het researchcentrum onderwijs arbeidsmarkt (ROA) over de toekomstige baankansen voor hbo-afgestudeerden van met name economiestudies.
Feiten op een rij
Tijd om een paar feiten op een rijtje te zetten. Uit ander recent onderzoek - ook van het ROA - blijkt dat meer dan 90% van de hbo-afgestudeerden nog altijd binnen drie maanden een baan vindt. Jaar in jaar uit laat het periodieke onderzoek van hogescholen naar de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt (de zogenoemde HBO-monitor) een zelfde positief beeld zien, zelfs als de prognoses minder gunstig waren. Dit blijkt als je de ROA-prognoses uit 2011 t/m 2017 over de verwachtingen voor 2016 t/m 2022 vergelijkt met de HBO-monitoren over de arbeidsmarktpositie in 2016 t/m 2023. In alle jaren en in alle sectoren blijkt 80-90% van de hbo-werkzoekenden binnen drie maanden een baan te vinden.
Dit is zelfs het geval als een vergelijking wordt gemaakt tussen een sector waarvan de ROA-arbeidsmarktprognose jaar in jaar uit “goed” is (bètatechniek) en een sector met structurele arbeidsmarktprognose “matig” (economie). Uit de data uit de HBO-Monitoren blijkt dat deze sectoren in de praktijk nagenoeg gelijk opgaan als het gaat om duur vinden eerste baan en baan op niveau.
In beide sectoren geldt al jaren dat:
* circa 80% direct na afstuderen werk heeft; binnen drie maanden loopt dit op tot 90%;
* anderhalf jaar na afstuderen 80% een baan op niveau heeft.
Kortom: hbo’ers vinden in weerwil van de prognose nog steeds snel een baan. De arbeidsmarktpositie van hbo’ers is daarom nog steeds zeer goed te noemen.
Het minder positieve beeld dat ROA schetst in de recente prognose wijkt dus af van het langjarige beeld over de arbeidsmarktperspectieven voor hbo’ers. Daarbij valt aan te tekenen dat algemene uitspraken over het brede economische domein in het hbo überhaupt moeilijk te plaatsen zijn, omdat hier veel, zeer verschillende opleidingen onder vallen. Afgestudeerden komen om die reden op uiteenlopende plekken in de samenleving terecht.
Het ROA geeft in een nadere duiding terecht aan dat hun cijfers vooral een signalerende en informerende functie hebben en dat de overheid moet beseffen dat het onderwijs de motor is van onze kenniseconomie en cruciaal voor onze toekomstige welvaart. Bovendien zijn studentenaantallen moeilijk te sturen. Hogescholen en het ROA gaan samen de ervaren discrepantie tussen arbeidsmarktprognoses en de realiteit van alledag op de arbeidsmarkt verder onder de loep nemen.