Actualiteit

Werkconferentie KUO Next 2016-2020 5 oktober 2018

Kunsthogescholen geven verder vorm aan ambities voor komende twee jaar

Inmiddels is de agenda KUO Next 2016-2020 halverwege haar looptijd. Daarom is op 5 oktober jl. een werkconferentie georganiseerd bij de Reinwardt Academie (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten). Zo’n honderd deelnemers vanuit de kunsthogescholen (leden van de disciplinenetwerken, specialisten uit de hogescholen, leden van het sectoraal adviescollege, bestuurders) kwamen bij elkaar om terug te kijken op wat er tot nu toe is bereikt. Maar vooral om ook vooruit te kijken naar wat er de komende twee jaar nog moet gebeuren.

KUO Next
Gaby Allard, voorzitter van het Sectoraal Adviescollege KUO, opende de dag met een korte terugblik op het sectorakkoord en het vervolg daarop: KUO Next. Naast een aantal thema’s (Talent, Onderzoek, Flexibilisering en Internationalisering), die door het kunstonderwijs zijn opgepakt, is KUO Next ook een relatie-agenda. De kunsthogescholen willen niet alleen intensief onderling samenwerken op de vier thema’s. Het kunstonderwijs wil naar buiten toe zichtbaar zijn en nauw aangesloten zijn op ontwikkelingen in het kunstenveld en daarbuiten. 

Ambities 2019
Na de opening gaven de vier trekkers van de KUO Next teams korte pecha kucha presentaties over waaraan hun team werkt en waar de ambities voor 2019 liggen. Deze presentaties vormden de opmaat naar de aansluitende break-out sessies.
 

Team Talent
Team Talent heeft tijdens de break-out verder gewerkt aan de ambitie om het Nederlandse kunstonderwijs maximaal toegankelijk te laten zijn voor een hoogwaardige en diverse instroom van talent. Er is gesproken over hoe een meer inclusieve instroom in de kunstdisciplines gerealiseerd kan worden. Het is van belang dat het kunstonderwijs gezamenlijk getalenteerde jongeren naar het kunstonderwijs trekt. Samenwerkingen, zoals met de pabo’s bij ‘Muziek in de klas’, zouden verder uitgebreid kunnen worden en kunst kan sterker in de curricula in het basis-en voortgezet onderwijs verankerd worden. Maar er moet ook gekeken worden naar de eigen selectiecriteria en diversiteit die de opleidingen uitstralen.

Team Onderzoek
Team Onderzoek ging aan de slag met onderzoek in en naar de kunsten en heeft een SWOT-analyse gemaakt. Er is in kaart gebracht op welke punten het kunstonderzoek onderscheidend is en wat zwakke punten zijn. Daarbij kwam bijvoorbeeld het vernieuwende karakter van kunstonderzoek aan de orde, maar ook dat het vaak pionierswerk is waarin een echt duidelijke onderzoekstraditie nog ontwikkeld moet worden. Tegelijk liggen er voor het kunstenonderzoek op dit moment meer kansen dan ooit tevoren, zoals de Nationale Wetenschapsagenda en samenwerkingen in regionale netwerken. De financiering voor het kunstenonderzoek blijft een belangrijk aandachtspunt om het onderzoek ook echt verder te kunnen versterken. 

Team Flexibilisering
Team Flexibilisering heeft aan de hand van de Flexscan van CINOP de gezamenlijke ambities op het gebied van flexibilisering (onderwijs dat flexibel is en professionele opleidingsmogelijkheden biedt in het kunstvak op school en online, voltijd en deeltijd en in diverse rollen) verder uitgediept.

Team Internationalisering/relatieagenda
Team Internationalisering/relatieagenda werkt aan een storyline voor het Nederlandse kunstonderwijs: Wat maakt dit onderwijs uniek en zo sterk? Wie zijn stakeholders/ambassadeurs en hoe kunnen we samen met hen het kunstonderwijs goed over het voetlicht brengen? Tijdens de break-out sessie zijn de eerste resultaten gepresenteerd van een onderzoek naar de internationaliseringsstrategie van de kunsthogescholen. Expert Andrew Plant (Nottingham Trent University) heeft zijn ervaring met internationale werving van studenten in het Verenigd Koninkrijk, en specifiek in de kunsten, gedeeld. Daarna is er gediscussieerd over wat kunsthogescholen in Nederland hiervan kunnen leren.

Aansluitend op de break-out sessies praatten de deelnemers verder tijdens de netwerklunch over wat we het komende jaar verder willen bereiken. En is er al met flink enthousiasme vooruitgeblikt naar de volgende conferentie op 6 februari 2019.

(Fotografie: Boo van der Vlist)


Videoverslag (productie: Jorn Prinsen)