Actualiteit

Reactie Vereniging Hogescholen op kamerbrief toegankelijkheid en kansengelijkheid hoger onderwijs

Hogescholen werken aan evenwichtige balans kwaliteit en toegankelijkheid

Hogescholen hebben de afgelopen jaren stevig ingezet op versterking van de kwaliteit en toegankelijkheid, waarbij het hoger beroepsonderwijs altijd een belangrijke maatschappelijke emancipatiefunctie heeft gehad. “Het is goed om te lezen dat de minister en de hogescholen gelijke doelstellingen nastreven. Maximale talentontwikkeling, ook van de verborgen talenten, is een vanzelfsprekende maatschappelijke opdracht voor hogescholen. Het behoud van de kwaliteitsstandaarden van onze opleidingen is daarbij altijd een belangrijk aandachtspunt. Dat vereist maatwerk per opleiding en geen generieke maatregelen”, vindt Huib de Jong, waarnemend voorzitter van de Vereniging Hogescholen.

Hij reageert op de brief van de minister van OCW waarin zij uiteen zet welke maatregelen zij in de komende periode gaat nemen om de toegankelijkheid van het hoger onderwijs te waarborgen en om de kansengelijkheid in het hoger onderwijs verder te stimuleren. De aandacht die de minister geeft aan het thema kansengelijkheid, toegankelijkheid en studentenwelzijn bevestigt de maatschappelijke opdracht van het hbo en de waarde daarvan. Dat de minister tevens werk wil maken van een nieuwe visie op studiesucces sluit aan bij de wens van de hogescholen. De huidige blik op studiesucces is te nauw en te veel rendement georiënteerd. Maar dat de minister bureaucratische maatregelen voorstelt voor de numerus fixus gaat de hogescholen te ver.

Ruimte voor gedifferentieerde invulling BSA norm is essentieel
Hogescholen zien het bindend studieadvies als een middel in een breder pedagogisch-didactisch onderwijsmodel. Dat model is niet op selectie geënt, maar op een maximale inzet om iedere student een reële kans op een diploma te geven. Hogescholen gaan graag het gesprek met de minister aan over het beleid ten aanzien van het bindend studieadvies maar daarbij moet wel ruimte zijn voor een gedifferentieerde aanpak en variëteit per opleiding. Eerder riep de minister op  tot aanpassing van de BSA-norm per studiejaar 2019/2020 maar nu geeft zij in haar brief de ruimte voor het gesprek binnen de instellingen. Dit is terecht gezien de  grote diversiteit tussen instellingen en opleidingen en hoe zij invulling geven aan het BSA. Hogescholen zien daarom niets in een centralistische aanpak. Daarnaast vinden hogescholen het belangrijk dat de minister aangegeven heeft dat nu ook echt onderzocht wordt wat de huidige werking van het bindend studieadvies bij de opleidingen is.

Beperken numerus fixus mag niet ten koste gaan van kwaliteit opleiding
In het sectorakkoord hebben de hogescholen aangegeven dat het voor het borgen van de toegankelijkheid van belang is dat er zo min mogelijk drempels worden opgeworpen om door te kunnen stromen naar en in het hoger onderwijs, in het bijzonder bij opleidingen waar tekorten worden verwacht (in de sectoren techniek, onderwijs, en de zorg). Dat betekent dat hogescholen kritisch bezien of capaciteitsbeperking (numerus fixus) wenselijk en noodzakelijk is. Hogescholen hebben er dan ook geen bezwaar tegen het instellen van een numerus fixus goed te onderbouwen en daarover het gesprek aan te gaan, echter hogescholen zien niet de noodzaak voor extra bureaucratische maatregelen om het instellen van een numerus fixus te blokkeren. De sector heeft juist een grote beweging laten zien in de afname van het aantal opleidingen met een numerus fixus. Daar waar een numerus fixus wordt ingesteld is kwaliteit van de opleiding het uitgangspunt. Hogescholen zijn bezorgd dat de door de minister aangekondigde maatregelen zullen leiden tot een bureaucratisch circus met een grote administratieve last.

Samenwerken aan betere aansluiting mbo-hbo
De doorstroom van mbo naar hbo heeft een belangrijke emancipatoire functie. Het is voor veel studenten een belangrijke weg om het hoger onderwijs te bereiken. Hoger onderwijsinstellingen en mbo-instellingen zien het als een gezamenlijke verantwoordelijkheid om te zorgen voor  een goede aansluiting tussen het mbo en het hbo. Het is de ambitie van het mbo en het hbo om studenten in het mbo kansen te bieden en zo passend mogelijk te begeleiden naar een vervolgopleiding in het hbo. Hogescholen en mbo-instellingen zetten daarom in op het uitbouwen en verdiepen van de regionale samenwerking tussen hogescholen en mbo-instellingen,  om de doorstroom goed vorm te geven. Hogescholen waarderen het dat zij van de minister de ruimte krijgen om met mbo-instellingen in de regio afspraken te maken over de wijze waarop zij studenten afkomstig van specifieke opleidingen wel of niet toelaten en welke instrumenten zij daarvoor inzetten. De hogeschool neemt daarbij de verantwoordelijkheid om de student te begeleiden en een kans te geven om de opleiding succesvol te doorlopen. De kaders die de minister in haar brief aangeeft kunnen daarbij behulpzaam zijn. Daarnaast wordt volop ingezet op het verbreden van het aanbod van Associate degree opleidingen. Deze groeien voor het tweede jaar op rij met maar liefst 35%.

Gerelateerd

Vereniging Hogescholen pleit bij informateur voor goed en toegankelijk hoger beroepsonderwijs

Article

De Vereniging Hogescholen heeft een brief geschreven aan informateur Ronald Plasterk om aandacht te vragen voor het hoger beroepsonderwijs in Nederland. De VH benadrukt dat goed en toegankelijk onderwijs essentieel is voor een gezonde maatschappij en economie.

Lees meer

Nationale Studenten Enquête: stabiel beeld tevredenheid hbo-studenten

Article

Veruit de meeste hogeschoolstudenten zijn tevreden of zeer tevreden over hun opleiding. Dat blijk uit de Nationale Studenten Enquête (NSE), waarvan de resultaten vandaag door Studiekeuze123 zijn gepubliceerd.

Lees meer

Minister kondigt wijziging bsa aan

Article

De Vereniging Hogescholen neemt kennis van het plan voor een wetsvoorstel tot aanpassing van het bindend studieadvies, zoals de minister dat vandaag heeft gepresenteerd aan de Tweede Kamer.

Lees meer