Vanochtend sluiten duizenden leerkrachten uit het basisonderwijs aan bij de prikactie van PO Front om aandacht te vragen voor het nijpende lerarentekort en de oproep voor een beter salaris en minder werkdruk. Een actie die ik van harte steun. Niet alleen omdat mijn onderwijshart spreekt als ik zeg dat leerkrachten in het basisonderwijs een onmiskenbare stempel kunnen drukken op de ontwikkeling van kinderen en daarmee op de toekomst van onze maatschappij, maar ook omdat ik mij als voorzitter van de Vereniging Hogescholen ernstig zorgen maak om het toekomstbeeld dat wij, als lerarenopleiders, onze pabo-studenten nog kunnen bieden.
Laat ik allereerst de hand in eigen boezem steken, want ook wij als opleiders, zijn voor een klein deel debet aan het lerarentekort. De pabo’s hebben afgelopen jaren enorm veel geïnvesteerd in het verbeteren van de kwaliteit van hun opleidingen. Een belangrijk onderdeel daarvan was het invoeren van de toelatingstoetsen. En inderdaad, dit heeft het effect gehad dat er minder studenten zijn toegelaten tot de lerarenopleiding. Maar we zien ook dat daardoor de studentenpopulatie aan de pabo verandert. De studenten zijn gemotiveerder, gekwalificeerder, worden echt op hun merites beoordeeld. Daarnaast zijn in samenwerking met de universiteiten de academische pabo’s ontwikkeld, waar wetenschappelijke pedagogische en onderwijskundige kennis wordt gecombineerd met veel praktijkervaring. Op dit moment bieden maar liefst 21 van de 25 pabo’s zo’n academische variant aan. En ook voor de zij-instromers, die zich willen omscholen tot docent, proberen we zoveel mogelijk barrières weg te nemen om via deeltijdopleidingen goede meesters en juffen voor de klas te krijgen. Kortom: met deze kwaliteitsimpulsen hebben we wat mij betreft echt een bijdrage geleverd aan een beter imago van de (opleiding tot) basisschooldocent. De tijden van het veredelde knip- en plakwerk zijn echt voorbij, als die al ooit bestaan hebben.
En juist daarom, juist omdat wij zulke hooggekwalificeerde beroepsonderwijzers afleveren, moeten de hogescholen hen ook een perspectief kunnen bieden. En dat perspectief ontbreekt. Want wat houden zij hun studenten voor die afstuderen aan de hbo-opleiding tot basisschooldocent? Een salaris waarvan het plafond na vijftien jaar is bereikt (op 3.500 bruto per maand) en dat lager is dan dat van docenten in het voortgezet onderwijs. Een enorme administratieve lastendruk waar getalenteerde leerkrachten ontzettend veel tijd aan kwijt zijn. Tijd die ze hard nodig hebben om hun leerlingen de individuele aandacht te geven die ze verdienen; de voorlopers moeten geprikkeld blijven, de kinderen met leer-of opvoedproblemen hebben extra begeleiding nodig. Een gemiddelde manager kan er nog een puntje aan zuigen. En dan mag je blij zijn als je een vast contract hebt, want van de pabo-afgestudeerden heeft na 1,5 jaar slechts 36% een vaste aanstelling. En als je na tien jaar de ambitie hebt om meer te doen dan alleen les te geven, wat zijn dan de mogelijkheden? Gebouwcoördinator, schooldirecteur. En dan houdt het al snel op.
Eerlijk is eerlijk, met dat perspectief zou ik denk ik ook gaan twijfelen of ik niet beter een opleiding tot fysiotherapeut of agrotechnicus moet gaan volgen. Maar gelukkig gaat het onze studenten en alumni niet alleen om het salaris en is het docentschap voor hen daarnaast ook iets waar ze gelukkig van worden. De bevlogenheid, het talent, het plezier waarmee de studenten de opleiding en bijbehorende stages doorlopen is inspirerend en iets om ontzettend trots op te zijn. Geen wonder dat zelfs de derde- en vierdejaars al achter de collegebanken vandaan worden gelokt om zo snel mogelijk de oplopende vacatures op te vullen. De brede steun (van alle onderwijskoepels, van de ouders, zelfs van vicepremier Asscher) voor de actie van de leraren laat gelukkig zien dat de waardering voor basisschooldocenten groot is. Laat de waardering voor dit prachtige beroep dan nu ook doorklinken in hun arbeidsomstandigheden. Door het verbeteren van het imago kunnen wij onze studenten ook weer het perspectief bieden dat hoort bij de hoge eisen die we aan ze stellen.